Incorporatie van opbrengsten bij gesplitste inschrijving van effecten 'Onrechtstreekse schenking', zegt de Vlaamse Belastingdienst - fidaco

Incorporatie van opbrengsten bij gesplitste inschrijving van effecten ‘Onrechtstreekse schenking’, zegt de Vlaamse Belastingdienst

Stel: u kiest voor een gesplitste inschrijving van uw effecten of geldbeleggingen in een maatschap, zodat u zelf het vruchtgebruik van de opbrengsten behoudt. Maar die heeft u niet altijd nodig. Dus worden die vruchten vaak geïncorporeerd bij het gesplitste vermogen. Tot voor kort zag de Vlaamse Belastingdienst dit als een bedekte bevoordeling, maar nu beschouwt ze dit als een onrechtstreekse schenking. Dat heeft gevolgen voor de erfbelasting …

Het is een bekende techniek bij successieplanning: de gesplitste aankoop of inschrijving. De latere erfgenaam verwerft alvast de blote eigendom, de erflater behoudt het vruchtgebruik.

 

Ter introductie: gesplitste aankoop van een woning

Zo kunnen ouders bijvoorbeeld een nieuwe woning kopen op naam van hun kinderen, waarbij ze die kinderen vooraf de nodige middelen schenken en zelf als vruchtgebruikers de woning betrekken. Hoewel het een perfect legale techniek is, deed de Vlaamse Belastingdienst daar in het verleden moeilijk over en beschouwde die gesplitste aankoop als een bedekte bevoordeling door de ouders aan de kinderen. Tenzij kon worden aangetoond dat de woning werd gekocht dankzij een voorafgaande geregistreerde schenking (waarop schenkbelasting werd betaald), zou er alsnog erfbelasting verschuldigd zijn.

De Raad van State floot de Vlaamse Belastingdienst in 2018 echter terug: elke voorafgaande schenking is een valabel tegenbewijs tegen een vermoeden van bedekte bevoordeling. Nergens in de wet is de vereiste van registratie van de voorafgaande schenking voorzien. In 2020 bevestigde de Vlaamse Belastingdienst die redenering van de Raad van State te volgen.

 

Dezelfde logica voor gesplitste inschrijving van effecten of geldbeleggingen

Hetzelfde principe geldt voor de gesplitste inschrijving van effecten of geldbeleggingen, waarbij de vruchtgebruiker de interesten en dividenden opstrijkt. Ook hier vermoedt de Vlaamse Belastingdienst een bedekte bevoordeling. Ze oordeelt dat die effecten en geldbeleggingen bij overlijden nog in volle eigendom aanwezig zijn in de nalatenschap (en dat er dus erfbelasting verschuldigd is), tenzij de erfgenamen kunnen aantonen dat er een voorafgaande schenking is geweest. Opnieuw volgt de Vlaamse Belastingdienst hier het standpunt van de Raad van State dat die schenking niet geregistreerd hoeft te zijn.

 

Hoe zit het met de erfbelasting op de opbrengsten?

Maar wat met de heffing van erfbelasting op de vruchten van die effecten of beleggingen? Enkele maanden geleden stelde de Vlaamse Belastingdienst haar standpunt hieromtrent opnieuw bij.

Er zijn twee scenario’s. 1) Als de vruchtgebruiker de intresten en dividenden effectief ontvangt op een aparte rekening, is er geen discussie: de uitgekeerde opbrengsten zijn onderhevig aan erfbelasting, tenzij ze voor het overlijden werden geschonken. Dat blijft zo. 2) Als de gesplitst ingeschreven effecten of geldbeleggingen echter worden aangehouden via een maatschap, worden de opbrengsten in de praktijk zelden uitbetaald aan de vennoot-vruchtgebruiker. Op de algemene vergadering wordt vaak beslist om die opbrengsten te incorporeren bij het eigen vermogen van de maatschap. De Vlaamse Belastingdienst oordeelde tot voor kort dat er op dit moment een nieuwe gesplitste inschrijving met een bedekte bevoordeling van de blote eigenaar plaatsvindt. Maar die visie heeft ze nu laten varen. Er is dus geen erfbelasting verschuldigd op niet-uitgekeerde opbrengsten, simpelweg omdat de vruchtgebruiker nooit die beslissing heeft genomen.

 

Dus geen nieuwe gesplitste inschrijving … maar toch nog een risico op erfbelasting

In plaats daarvan beschouwt de Vlaamse Belastingdienst de incorporatie van de opbrengsten nu als een onrechtstreekse schenking. Overlijdt de vruchtgebruiker dus binnen de drie jaar na de beslissing van de algemene vergadering, dan moet er alsnog erfbelasting worden betaald als deze schenking niet werd geregistreerd. Om dit te vermijden, zouden de niet-uitgekeerde opbrengsten bij een nakend overlijden alsnog aan 3 of 7% schenkbelasting geregistreerd kunnen worden. Of u zou kunnen overwegen om het vruchtgebruik om te zetten in een optionele last tot afstand van een rente, zodat de effecten en geldbeleggingen in volle eigendom worden overgedragen aan de maatschap en er dus geen sprake is van een gesplitste inschrijving.