Belasting op occasionele winsten is grondwettelijk - fidaco

Belasting op occasionele winsten is grondwettelijk

Opbrengsten die geen beroepsinkomsten zijn worden belast aan 33%, tenzij het om ‘normale verrichtingen van beheer van een privévermogen’ gaat. In dat laatste geval betaalt u niets. Gevaar voor willekeur, zegt u? Niet volgens het Grondwettelijk Hof.

De fiscus beschouwt ‘occasionele winsten of baten’ die geen beroepsinkomen zijn als een divers inkomen. In de personenbelasting is dat divers inkomen belastbaar aan een tarief van 33%. Vallen hier niet onder: opbrengsten uit ‘normale verrichtingen van beheer van een privévermogen’. Dat privévermogen kan volgens het Wetboek van de Inkomstenbelastingen bestaan uit onroerende goederen, portefeuillewaarden en roerende voorwerpen.

 

Wat wel, wat niet?

Dieren als prijsduiven en raspaarden behoren volgens de fiscus niet tot die uitzonderingscategorie. De opbrengst bij verkoop wordt dus belast aan 33%. Maar wat met bijvoorbeeld cryptomunten? Of wat als je een huis aankoopt met geleend geld, renoveert en twee jaar later opnieuw verkoopt met winst? Ook die opbrengsten belast de fiscus aan een tarief van 33%.

 

Goede huisvader als richtlijn

OK, dieren zijn geen roerende voorwerpen. Maar een huis is wel degelijk een onroerend goed. Waar ligt de grens tussen ‘normaal’ en ‘niet-normaal’ beheer van privévermogen? De wetgever verwijst hier naar het handelen van ‘een goede huisvader’, een begrip dat in wel meer wetsbepalingen voorkomt en waarmee een voorzichtig en redelijk persoon wordt bedoeld. Handelen in cryptomunten beantwoordt hier duidelijk niet aan. Maar in het geval van onroerend goed blijft er discussie mogelijk.

 

Voldoende bescherming tegen willekeur

Toch oordeelt het Grondwettelijk Hof dat de begrippen ‘normale verrichtingen’ en ‘goede huisvader’ voldoende beoordelingsrichtlijnen bieden voor rechtspraak. Preciezere criteria zouden de beoordelingsbevoegdheid van hoven en rechtbanken helemaal uithollen.

Daarbij komt dat de belastingbetaler ook waarborgen ter beschikking heeft die hem beschermen tegen willekeur. Elke belastingplichtige kan bij de fiscale administratie een rulingaanvraag indienen om te laten beoordelen hoe de belastingwet zal worden toegepast op zijn specifieke situatie. Die rulings worden geanonimiseerd gepubliceerd. En de belastingplichtige kan ook altijd in beroep gaan tegen een beslissing van de fiscus.

 

Conclusie

De omstreden wetsbepaling voldoet volgens het Hof wel degelijk aan het fiscaal wettigheidsbeginsel, zoals blijkt uit een recent arrest eerder dit jaar. Elke belastingplichtige geniet bovendien dezelfde waarborgen, zodat ook aan het gelijkheidsbeginsel is voldaan.

Hoeveel tijd moet er dan verstrijken tussen aankoop en verkoop van een gerenoveerde woning om te ontsnappen aan het tarief van 33%? En maakt het een verschil of je die woning koopt met geleend geld of niet? Die onduidelijkheid blijft jammer genoeg. Maar u kunt natuurlijk altijd vooraf een ruling aanvragen …